maandag 19 maart 2012

Etappe 4: van Huldenberg naar Lot (33,4 km) [GR 512]

Er is mooi weer voorspeld voor vandaag en ik neem een dagje vrijaf voor een iets langere tocht over de GR 512. Lijn 395 vervoert me opnieuw naar Huldenberg en om 09:15 vang ik de tocht aan. Het eerste stuk tot in het Zoniënwoud is gekend terrein dankzij de streek-GR Dijleland. Waar de streek-GR afsplitst richting Tervuren volgt de GR 512 de ‘Koninklijke wandeling’, een breed grindpad, door het Kapucijnenbos en het arboretum. Je wandelt hier niet alleen. Een groep oudere vrouwen oefenen hun Nordic walking skills en een groep jonge moeders duwt een buggy over het pad. Ik zeg ‘goeiemorgen’ tegen de voorbijgangers, zij zeggen ‘bonjour’. Bij een poel de eerste verrassing van de dag: het barst er van de kikkers en de poel bulkt van de kikkerdril!

 
De GR gaat doorheen het arboretum en volgt vaak brede wegen of dreven. Ik had gehoopt op wat meer smalle bospaadjes. Het Zoniënwoud wordt doorkruist door enkel drukke wegen. Na het kruisen van de E411 en een gedeelte van de ring rond Brussel, volgt een mooi bospad, de Eikenwandeling.

 
Na het oversteken van de N257 en een spoorweg, volgt het laatste stuk door het zoniënwoud. Door de hernieuwde stilte valt nu pas de luidheid van het geruis van de autosnelweg op dat de laatste kilometers constant op de achtergrond aanwezig was. Het geritsel tussen de bladeren onder de braamstruiken, dat ik al heel de dag hoor, is het werk van muizen. Ik heb er enkele gezien, maar het zijn snelle beestjes. Little field mice living under the house, Never eating much, tough life for a mouse … is de volgende uren niet uit m’n hoofd te krijgen. Niet veel verder, na de kruising met de GR 126, staat een monument voor boswachters gesneuveld in WO I dat bestaat uit een cirkel van 11 ‘menhirs’. 

 
Nog een tweetal kilometer en de doorsteek van het Zoniënwoud zit er op. Aan de rand van het bos wordt ik meteen geconfronteerd met een drukke steenweg en een villawijk met kasten van huizen waar ze in Brasschaat nog een puntje aan zouden kunnen zuigen. Via een veldweg nabij het gehucht Holleken, gaat de GR het Kleetbos in. Daar maak ik de tweede verrassing van de dag mee: een wilde vos rent door het bos! De eerste keer dat ik een vos in het wild zie. Ik hoor opnieuw geritsel en denk ‘nog een vos?’. Het is echter een zwarte hond die de vos achterna zit. De hond loopt even een rondje en begint dan te snuffelen. Ik hoop maar dat die vos het gehaald heeft. Ik krijg meer en meer een hartsgrondige hekel aan honden. Gisteren op de GR 5 heb ik het nabij Grobbendonk weer aan de stok gehad met een loslopende hond. En maar blaffen. Naar het schijnt bestaat er een apparaatje om ze op afstand te houden. Dat ga ik mij toch eens aanschaffen.  
Na het Kleetbos volgt weer een kort saai stukje villawijk, maar nabij het Dwersbos kasteel (waar je weinig van te zien krijgt door de ommuring) volgt terug een mooier stuk. De GR512 kruist hier de GR 12, wat trouwens de naam van de GR 512 verklaard: oorspronkelijk was het de verbinding tussen de GR 5 in Diest en de GR 12. Later werd de route doorgetrokken tot in Geraardsbergen. Een weinig verder doemt het indrukwekkende kasteel van Beersel op met zijn drie massieve torens.

 
Op het laatste stuk naar Lot duikt de vermoeidheid op. Ik sla even verkeerd af naar de GR 12 zodat ik op m’n stappen moet terugkomen. Tussen Beersel en Lot is er daarenboven een routewijziging die niet gedocumenteerd is op de GR-website. Wat de tekens aangeven klopt niet met het kaartje en routebeschrijving in de topogids. Dan maar vertrouwen op de GR-tekens die gelukkig duidelijk zijn aangebracht en zo bereik ik het station van Lot. Om het half uur heb je hier een rechtstreekse trein naar Leuven, ik neem die van 18:05. Om iets voor zeven kom ik terug in Leuven aan na een lange en interessante dagetappe.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten